Van plannen naar projecten: zo helpt de Woningbouwimpuls gemeenten vooruit

In een eerdere blog schreven we over de Realisatiestimulans: een regeling die gemeenten vanaf 2026 beloont met €7.000 per betaalbare woning waarvan de bouw is gestart. Maar dat is niet de enige rijksregeling die woningbouw stimuleert. Er is ook de Woningbouwimpuls (WBI) — een krachtig instrument dat zich richt op het financieel mogelijk maken van woningbouwprojecten met een onrendabele top. In deze blog leggen we uit wat de Woningbouwimpuls precies is, hoe je als gemeente gebruik kunt maken van de regeling, en waarom data en monitoring — en dus ook Juno — een belangrijke rol spelen bij een succesvolle aanvraag.

Wat is de Woningbouwimpuls?

De Woningbouwimpuls is een subsidieregeling van het Rijk waarmee gemeenten steun kunnen aanvragen voor woningbouwprojecten met een aantoonbaar publiek financieel tekort. De regeling bestaat al sinds 2020 en is inmiddels toe aan de zevende tranche.

Doel: versnelling van woningbouw door het overbruggen van de financiële kloof die publieke partijen ervaren bij bijvoorbeeld de aanleg van infrastructuur, bodemsanering of gebiedsontwikkeling.

Belangrijkste kenmerken:

  • Project moet leiden tot minimaal 200 netto nieuwe woningen (nieuwbouw minus sloop).
  • Minstens 50% van deze woningen moet betaalbaar zijn (sociale huur, middenhuur of betaalbare koop).
  • Gemeenten moeten aantonen dat er sprake is van een onrendabele top op de publieke grondexploitatie.
  • De bijdrage van het Rijk mag maximaal 50% van dit tekort dekken.
  • De bouw van de eerste woningen moet binnen 3 jaar na toekenning starten.

Hoe dien je een aanvraag in?

De aanvraagprocedure loopt via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en is relatief technisch:

  1. Opstellen van een businesscase, inclusief begroting, taxatie en exploitatieopzet.
  2. Ingevuld aanvraagformulier + begeleidende brief van B&W.
  3. Inzicht in verwachte start bouw, verwachte opbrengsten, onderliggende kostenposten.
  4. Duidelijke onderbouwing van de publieke noodzaak en de bijdrage aan versnelling

Let op: als woningen in het project al eerder rijkssteun hebben ontvangen, bijvoorbeeld via de Realisatiestimulans, moet dit expliciet worden toegelicht. Stapeling van subsidies is slechts beperkt toegestaan.

Hoe helpt data bij een goede aanvraag?

Een sterke WBI-aanvraag steunt op harde data:

  • Inzicht in de woningbouwprogrammering (types woningen, fasering).
  • Verankerde afspraken met ontwikkelaars en woningcorporaties.
  • Gebiedsgegevens zoals BAG-verblijfsobjecten, polygonen, luchtfoto’s, ontsluitingen en grondwaardes.
  • Monitoring van voortgang richting start bouw en vergunningverlening.

Met Juno helpen we gemeenten deze informatie te ontsluiten en te structureren.

Wat is de rol van Juno?

Juno biedt gemeenten een geïntegreerd woningbouwdashboard waarmee zij niet alleen hun projecten kunnen monitoren, maar ook data kunnen aanleveren voor rijksregelingen zoals de WBI of Realisatiestimulans:

  • Woningbouwmonitor (WBM): actueel overzicht van projecten, fasering en woningtypen.
  • Koppeling met BAG-data: essentieel voor het onderbouwen van start bouw en woningtypen.
  • Verantwoording en rapportage: data eenvoudig exporteren voor bijlage of toetsing.
  • Planning & prioritering: waar zit de grootste kans op versnelling?

Bovendien helpt Juno bij het identificeren van projecten waar een onrendabele top speelt — zodat je als gemeente proactief kunt bepalen waar een WBI-aanvraag kansrijk is.

Realisatiestimulans of WBI?

De Realisatiestimulans (vanaf 2026) en de Woningbouwimpuls zijn complementair:

Tot slot

De Woningbouwimpuls is geen simpele subsidie, maar voor gemeenten met grootschalige plannen kan het nét het duwtje in de rug zijn dat nodig is. Goede data, strakke monitoring en integrale samenwerking zijn de sleutel tot een succesvolle aanvraag. Met Juno bouw je niet alleen aan woningen, maar ook aan het fundament voor toekomstbestendige woningbouwsturing.

Zie ook

Whitepaper

Webinar

Blogs

Foto credits: Danist Soh via Unsplash